Valtònyc, ook wel bekend als het Catalaanse ‘enfant terrible’, bestaat niet meer. Hij is opgegroeid, volwassen geworden en geeft voor het eerst een album uit bij homerecords.be, een wedergeboorte. Na 15 eigen uitgaven in één jaar op het Belgisch grondgebied, komt hij vanonder de schaduw om ons een verhaal vol toekomstdromen te brengen.
Zijn pen blijft intact, vrijgevochten en uitdagend, met een uitzonderlijk poëtische dimensie en metaforen. Valtònyc wordt bijgestaan door getalenteerde artiesten zoals Boris Schmidt, Bart Maris en Maarten Decombel, onder de muzikale directie van Erno li Mentholé. Zij gaven de raps een speciale toets en een ontluisterende en tot de verbeelding sprekende rijkdom. Met steun van producenten en artiesten uit zijn land (Spanje), zoals Ossian, Sr. Oca, Etxart Casas, Poor Tramit i Balle, STL Beatz i Yeke Boy, heeft Valtònyc een estethisch album uitgebracht, uit de tijd gerukt, vrij van hedendaagse conventies en gebruikelijke stijlen.
De metafoor begint al met de titel van het album. ‘Piet Hein’ is een Nederlandse kaper uit de 16e eeuw die, na lange tijd opgesloten te zijn door de Spanjaarden, wraak neemt en als held terugkeert naar zijn land.
De strijd van Valtònyc? Vrije meningsuiting, vrijheid van ideologie en artistieke vrijheid. Laten we niet vergeten dat Josep Miquel Beltran Arenas recent veroordeeld werd in Spanje tot drie en een half jaar gevangenis voor rapliedjes geschreven in 2012. Hij leeft momenteel in ballingschap in België. Zijn album klinkt als een machtige lofzang die snel zal uitgroeien tot een tijdloze klassieker.
1- 00:00
2- Salones
Prod. StlBeatz
3- Punkis & Abogados
(ft Ossian)
Prod. Yeke boy
4- Creu amb tu
(ft Sr Oca)
Prod. StlBeatz
5- Hipocondría
(ft Erxart Casas)
Prod. Yeke boy
6- Piet Hein
Prod. Yeke boy
7- Lluita de gegants
(ft Poor Tramit)
Prod. Yeke boy
8- A contresens
(ft Badi)
Prod. StlBeatz
9- Que bonito es el amor
(ft Balle)
Prod. Valtonyc &
Erno le Mentholé
10- Foc
Prod. StlBeatz
11- El Cobarde
Prod. Erno Le Mentholé
12- Mulay Émbarek
Prod. Valtonyc
13- Nunca más veré la primavera en tu clítoris
Prod. Erno Le Mentholé
Erno Le Menholé
Piano, toetsenbord, programmatie, bewerking, opname, artistieke directie van de samenzang (8), gefluit (12)
Michel Van Achter
Mix en mastering
Manu Hermia
Tenorsaxofoon en fluiten (4, 6, 8, 10, 11)
Boris Schmidt
Contrabas (4, 7, 11, 13)
Maarten Decombel
Gitaar (9, 13)
Bart Maris
Trompet en buggle (3, 4, 7, 13) en koperinstrumenten (3, 4)
Loren D
Mastering
Markie Brown
Grafisch ontwerp
Balle Doble H
Medewerking zang (9)
Senyor Oca
Medewerking zang (4)
Badi
Medewerking zang (8)
Poor Tràmit
Medewerking zang (7)
Erxart Casas
Medewerking zang (5)
Ossian
Medewerking zang (2)


Dat Valtònyc erin geslaagd is om de limieten van taal en subversie te testen tot zo’n niveau dat het de razernij uitlokte van de politiek correcte Europese en voornamelijk Iberische oligarchie, is best grappig. Valtònyc zit niet verlegen om wat humor en dat moet ook om zoveel middelmatigheid in deze wereld aan te kunnen. Hij heeft trouwens een voetbalclub opgericht in West-Afrika : FC Majesteitsschennis.
Op een dag hebben ze hem mij voorgesteld en sindsdien hebben we samen al een hele weg afgelegd. Ik ben eRno le Mentholé en ik ben muzikant. Mijn naam wordt vanaf nu geassocieerd aan een gevaarlijke type gewapend met een crytocommunistische pen en een anarchistisch klavier die een hele mondaine macrocosmos de stuipen op het lijf jaagt met zijn gal. Boe!
Ik heb al honderden uren met Valtònyc doorgebracht en heb hem zijn pen dan zien scherpen, terwijl zijn flow met een brutaal gemak door de kamer weerklonk. Uren en uren die me een zen gaven als nooit tevoren (deze gast, die mijn vriend is geworden, geeft de rust van een bergmeer). Daar zaten we allebei, gehuld in de stilte van een studio waar alles nog moest gebeuren. Lichtzinnig en vrij. We hebben mooi werk geleverd. Hij heeft in me vertrouwd. We hebben het geraamte van wat bestond in maquetten stukje per stukje uit elkaar gehaald en we hebben alles weer opgebouwd. Het zag er goed uit.
Soms klonk het op niks bekends (ik heb het geluk om van geen enkel genre te zijn, zelf niets eens rap, jazz, klassiek of pop – gewoon een beetje van allemaal dat – en dat komt goed uit want Josep is van geen enkele vlag en geen enkele nationaliteit: ik schrijf je naam, vrijheid). Soms zagen we cinematografische beelden flikkeren en dachten we aan Public Enemy van Spike Lee. We zagen de zijdelingse filmopnames van Sergio Leone die zich in de beat kwamen mengen. Valtònyc heeft het nodig om zich geen zier aan te trekken van de modegrillen, van hoe ‘actuele’ muziek klinkt. Geen invloedscholen zelfs al ontken ik niet dat er bepaalde invloeden zijn, zoals Sakamoto, Hancock, Miles, Stravinsky… Uiteindelijk klinkt het groovy, het knalt door de luidsprekers, het vloeit zacht, maar vlijmscherp.
Ik moet zeggen, we zijn onringd geweest door enkele authentieke klasbakken: Boris Schmidt, Manuel Hermia, Bart Maris, Marteen Decombel en andere deejays, producers en bewerkers die dit album tot in de puntjes afwerkten met sounds en flows. Nooit valt het stil. Als je Valtònyc achter de micro hoort, dan begrijp je wat er gezegd wordt. Je hoort de poëzie, ontworpen door zinnen die weerklinken als de Spaanse Jota. Je waant je bijna van Mallorca en je denkt: ‘Catalaans leren moet toch zo moeilijk niet zijn. De volgende keer dat ik terug ga naar Badalona bestel ik er een menu in het Catalaans, hòstia!’
Josep is geslepen, slim en toch zacht zoals weinigen. Hij is bezeten door zijn vrijgevochten pen, dat mensen hun eigen doel kunnen beslissen, hun eigen lot. Hij is geen separatist. Hij is geen nationalist. Hij is nergens extreem in, behalve met pepers en goeie wijn. Hij is speels, hij is ironie, steekt graag de draak met alles, hij verrast en daagt uit, want dat is de inzet: spel, estethiek en politiek. Een ‘enfant terrible’ veroordelen, dat niemand meer blijkt dan een elegante en zachte man zoals je er zelden een vindt, is het woord onrecht aandoen, het is het verwarren van de momentopname van een oeuvre en de man. Want als je dieper in zijn teksten duikt, zal je er een zijdezachte dichter in terugvinden, met een ‘ruwe’ stijl (Josep gebruikt die uitdrukking zelf in de zin van ‘machtig, indrukwekkend, monsterlijk’). Ver weg van de stereotypen van de hyper-realistische rap, gebruikt Valtònyc de beeldspraak met een uitzonderlijk gemak. Hij is net een kind van Pablo Neruda, die aan de aarde regen en de zon van een krijgershart geeft.
Ik heb nu al 20 keer dit album beluisterd en ik krijg er maar geen genoeg van. Mezelf zo veel beluisteren, dat ligt niet in m’n aard. Met Josep hebben een eenvoudig en machtig album gebracht. Net een klassieker.
eRno le Mentholé
Valtònyc, ook wel bekend als het Catalaanse ‘enfant terrible’, bestaat niet meer. Hij is opgegroeid, volwassen geworden en geeft voor het eerst een album uit bij homerecords.be, een wedergeboorte. Na 15 eigen uitgaven in één jaar op het Belgisch grondgebied, komt hij vanonder de schaduw om ons een verhaal vol toekomstdromen te brengen.
Zijn pen blijft intact, vrijgevochten en uitdagend, met een uitzonderlijk poëtische dimensie en metaforen. Valtònyc wordt bijgestaan door getalenteerde artiesten zoals Boris Schmidt, Bart Maris en Maarten Decombel, onder de muzikale directie van Erno li Mentholé. Zij gaven de raps een speciale toets en een ontluisterende en tot de verbeelding sprekende rijkdom. Met steun van producenten en artiesten uit zijn land (Spanje), zoals Ossian, Sr. Oca, Etxart Casas, Poor Tramit i Balle, STL Beatz i Yeke Boy, heeft Valtònyc een estethisch album uitgebracht, uit de tijd gerukt, vrij van hedendaagse conventies en gebruikelijke stijlen.
De metafoor begint al met de titel van het album. ‘Piet Hein’ is een Nederlandse kaper uit de 16e eeuw die, na lange tijd opgesloten te zijn door de Spanjaarden, wraak neemt en als held terugkeert naar zijn land.
De strijd van Valtònyc? Vrije meningsuiting, vrijheid van ideologie en artistieke vrijheid. Laten we niet vergeten dat Josep Miquel Beltran Arenas recent veroordeeld werd in Spanje tot drie en een half jaar gevangenis voor rapliedjes geschreven in 2012. Hij leeft momenteel in ballingschap in België. Zijn album klinkt als een machtige lofzang die snel zal uitgroeien tot een tijdloze klassieker.
Erno Le Menholé
Piano, toetsenbord, programmatie, bewerking, opname, artistieke directie van de samenzang (8), gefluit (12)
Michel Van Achter
Mix en mastering
Manu Hermia
Tenorsaxofoon en fluiten (4, 6, 8, 10, 11)
Boris Schmidt
Contrabas (4, 7, 11, 13)
Maarten Decombel
Gitaar (9, 13)
Bart Maris
Trompet en buggle (3, 4, 7, 13) en koperinstrumenten (3, 4)
Loren D
Mastering
Markie Brown
Grafisch ontwerp
Balle Doble H
Medewerking zang (9)
Senyor Oca
Medewerking zang (4)
Badi
Medewerking zang (8)
Poor Tràmit
Medewerking zang (7)
Erxart Casas
Medewerking zang (5)
Ossian
Medewerking zang (2)
Dat Valtònyc erin geslaagd is om de limieten van taal en subversie te testen tot zo’n niveau dat het de razernij uitlokte van de politiek correcte Europese en voornamelijk Iberische oligarchie, is best grappig. Valtònyc zit niet verlegen om wat humor en dat moet ook om zoveel middelmatigheid in deze wereld aan te kunnen. Hij heeft trouwens een voetbalclub opgericht in West-Afrika : FC Majesteitsschennis.
Op een dag hebben ze hem mij voorgesteld en sindsdien hebben we samen al een hele weg afgelegd. Ik ben eRno le Mentholé en ik ben muzikant. Mijn naam wordt vanaf nu geassocieerd aan een gevaarlijke type gewapend met een crytocommunistische pen en een anarchistisch klavier die een hele mondaine macrocosmos de stuipen op het lijf jaagt met zijn gal. Boe!
Ik heb al honderden uren met Valtònyc doorgebracht en heb hem zijn pen dan zien scherpen, terwijl zijn flowmet een brutaal gemak door de kamer weerklonk. Uren en uren die me een zen gaven als nooit tevoren (deze gast, die mijn vriend is geworden, geeft de rust van een bergmeer). Daar zaten we allebei, gehuld in de stilte van een studio waar alles nog moest gebeuren. Lichtzinnig en vrij. We hebben mooi werk geleverd. Hij heeft in me vertrouwd. We hebben het geraamte van wat bestond in maquetten stukje per stukje uit elkaar gehaald en we hebben alles weer opgebouwd. Het zag er goed uit.
Soms klonk het op niks bekends (ik heb het geluk om van geen enkel genre te zijn, zelf niets eens rap, jazz, klassiek of pop – gewoon een beetje van allemaal dat – en dat komt goed uit want Josep is van geen enkele vlag en geen enkele nationaliteit: ik schrijf je naam, vrijheid). Soms zagen we cinematografische beelden flikkeren en dachten we aan Public Enemy van Spike Lee. We zagen de zijdelingse filmopnames van Sergio Leone die zich in de beat kwamen mengen. Valtònyc heeft het nodig om zich geen zier aan te trekken van de modegrillen, van hoe ‘actuele’ muziek klinkt. Geen invloedscholen zelfs al ontken ik niet dat er bepaalde invloeden zijn, zoals Sakamoto, Hancock, Miles, Stravinsky… Uiteindelijk klinkt het groovy, het knalt door de luidsprekers, het vloeit zacht, maar vlijmscherp.
Ik moet zeggen, we zijn onringd geweest door enkele authentieke klasbakken: Boris Schmidt, Manuel Hermia, Bart Maris, Marteen Decombel en andere deejays, producers en bewerkers die dit album tot in de puntjes afwerkten met sounds en flows. Nooit valt het stil. Als je Valtònyc achter de micro hoort, dan begrijp je wat er gezegd wordt. Je hoort de poëzie, ontworpen door zinnen die weerklinken als de Spaanse Jota. Je waant je bijna van Mallorca en je denkt: ‘Catalaans leren moet toch zo moeilijk niet zijn. De volgende keer dat ik terug ga naar Badalona bestel ik er een menu in het Catalaans, hòstia!’
Josep is geslepen, slim en toch zacht zoals weinigen. Hij is bezeten door zijn vrijgevochten pen, dat mensen hun eigen doel kunnen beslissen, hun eigen lot. Hij is geen separatist. Hij is geen nationalist. Hij is nergens extreem in, behalve met pepers en goeie wijn. Hij is speels, hij is ironie, steekt graag de draak met alles, hij verrast en daagt uit, want dat is de inzet: spel, estethiek en politiek. Een ‘enfant terrible’ veroordelen, dat niemand meer blijkt dan een elegante en zachte man zoals je er zelden een vindt, is het woord onrecht aandoen, het is het verwarren van de momentopname van een oeuvre en de man. Want als je dieper in zijn teksten duikt, zal je er een zijdezachte dichter in terugvinden, met een ‘ruwe’ stijl (Josep gebruikt die uitdrukking zelf in de zin van ‘machtig, indrukwekkend, monsterlijk’). Ver weg van de stereotypen van de hyper-realistische rap, gebruikt Valtònyc de beeldspraak met een uitzonderlijk gemak. Hij is net een kind van Pablo Neruda, die aan de aarde regen en de zon van een krijgershart geeft.
Ik heb nu al 20 keer dit album beluisterd en ik krijg er maar geen genoeg van. Mezelf zo veel beluisteren, dat ligt niet in m’n aard. Met Josep hebben een eenvoudig en machtig album gebracht. Net een klassieker.
eRno le Mentholé
1- 00:00
2- Salones
Prod. StlBeatz
3- Punkis & Abogados
(ft Ossian)
Prod. Yeke boy
4- Creu amb tu
(ft Sr Oca)
Prod. StlBeatz
5- Hipocondría
(ft Erxart Casas)
Prod. Yeke boy
6- Piet Hein
Prod. Yeke boy
7- Lluita de gegants
(ft Poor Tramit)
Prod. Yeke boy
8- A contresens
(ft Badi)
Prod. StlBeatz
9- Que bonito es el amor
(ft Balle)
Prod. Valtonyc &
Erno le Mentholé
10- Foc
Prod. StlBeatz
11- El Cobarde
Prod. Erno Le Mentholé
12- Mulay Émbarek
Prod. Valtonyc
13- Nunca más veré la primavera en tu clítoris
Prod. Erno Le Mentholé


Contratació:
info@sceneoff.com